Bescherming tegen de zon bij jonge boomstammen:

Zonnebrand bij bomen komt meestal voor op het hoogtepunt van de zomer en wordt het vaakst waargenomen aan de zuidwestkant van de boom, waar de blootstelling aan de zon het hevigst is.

Wanneer de hoeveelheid direct zonlicht op de boom sterk toeneemt, kunnen de extra warmte en straling het weefsel onder de schors beschadigen. Vaak is het eerste teken van schade de verkleuring van de schors. De schors en het cambium pellen dan af. Daardoor wordt de boom vatbaarder voor ziekten en insectenplagen.

Bij bomen met een dunne schors, jonge bomen met een schors zonder suberine of bij bepaalde soorten zoals beuken, esdoorns en fruitbomen kan blootstelling aan zonlicht bij warm weer verbranding van de schors en onderliggende weefsels veroorzaken, met necrose van het cambium, barsten in de schors en vlekkerige scheurvorming tot gevolg.

Dit staat bekend als zonnebrand. Verwondingen in de schors openen de deur voor talloze opportunistische ziekteverwekkers, die de aangetaste stam in meer of minder ernstige mate kunnen beschadigen en de boom zelfs zo ernstig kunnen aantasten dat hij sterft.

Waarom gebeurt dit?

Zonnebrand komt meestal voor in het late voorjaar en de vroege zomer, wanneer het schorsweefsel vol vocht zit en een actieve groei doormaakt.

Schorscellen worden beschadigd of gedood door hoge stralingsniveaus en hoge temperaturen. Hoewel hoge temperaturen het plantenweefsel rechtstreeks kunnen doden, is foto-inhibitie (een teveel aan licht waardoor de fotosynthesesnelheid daalt) een andere waarschijnlijke factor.

Het kan enige tijd duren voordat schade door zonnebrand ontstaat, maar bij bomen met gladde schors kunnen de letsels meer dan 1,5 meter lang en meer dan 100 millimeter breed zijn. Het boomweefsel wordt dan bruin, sterft af, droogt uit en splijt, waarbij de schors afbladdert en het hout eronder bloot komt te liggen. De wonde kan dan aanleiding geven tot insectenplagen en ziekten en kan bij jonge bomen de groei vertragen.

Bladverbranding door de zon

Sommigen denken hierbij misschien aan verbranding die op een warme zomerdag optreedt op de bladeren van sommige van onze favoriete tuinplanten: de bruine, verwelkte hortensiabladeren of de grote, gestreepte bruine vlekken die op de bladeren van de camelia verschijnen en er ’s morgens nog niet waren.

Dit is zonschade, maar is niet hetzelfde als zonnebrand op bomen. Bladverbranding kan optreden wanneer de bladeren aan veel zonnestraling worden blootgesteld. De schade wordt vaak nog verergerd door een lage bodemvochtigheid, waardoor het verkoelende effect als gevolg van verdamping (wanneer water uit de bladeren verdampt) afneemt.

Wat veroorzaakt dan deze verbranding? Wel, dat weten we niet met zekerheid. Het is mogelijk dat zeer hoge stralingsniveaus de temperaturen in sommige bladcellen verhogen. Dit beschadigt de stofwisselingsprocessen in de cellen en beperkt het vermogen tot fotosynthese. Als voldoende cellen beschadigd zijn, kan dit bruin, dood en uitgedroogd bladweefsel tot gevolg hebben.

Bladverbranding mag niet verward worden met allerlei bladziekten of plagen.